Voor bejaarde ouders zorgen
QUESTION: Hoe kunnen wij voor bejaarde ouders zorgen?ANSWER:Om voor bejaarde ouders te kunnen zorgen, moeten we een goed begrip van het verleden hebben. Dat we steeds ouder worden is al vanaf onze geboorte een vaststaand feit. Toen we nog jong waren zeiden we vaak dat wij, mochten wij zelf zo'n hoe leeftijd bereiken, niet zus of zo zouden doen en dat wij ons niet aan bepaald gedrag schuldig zouden maken. Toen wij onze eigen gezinnen begonnen, namen onze ouders de nieuwe, maar significante rol van grootouders in. We hechtten veel belang aan hun betrokkenheid bij de levens van onze kinderen en noemden hen trots “grootouders”. Tegen de tijd dat onze kinderen tieners werden, varieerde hun houding ten opzichte van opa en oma tussen een oprecht, genegen, duldbaar vermaak enerzijds, en mogelijk een heimelijke oneerbiedigheid anderzijds.
Ondertussen proberen wij de vrede te bewaren door de generatiekloof te overbruggen. We herinneren onze kinderen eraan dat tijden veranderen en dat opa en oma niet meer jong zijn. Pas wanneer wij zelf onze middelbare leeftijd bereiken, kunnen wij de cycli van “ups en downs” in de relatie met onze ouders pas volledig waarderen.
Nu is het zo dat de lichamen van onze moeders en vaders geleidelijk en heel subtiel door een brosheid zijn bevangen. We hebben een nieuwe fase bereikt in onze relatie met hen: we noemen hen nu
bejaarden of
senioren. Met bejaarde ouders omgaan houdt in dat we enkele van de veranderingen begrijpen die er nu in hun levens plaatsvinden. Dan hebben we het niet noodzakelijkerwijs over fysiologische veranderingen. Er vinden ook emotionele, mentale en zelfs geestelijke veranderingen plaats. Onze ouders lijken minder tolerant dan vroeger. We merken dat hun energie is afgenomen. Als ze kunnen kiezen, blijven ze vaak liever thuis dan uit eten gaan met vrienden. Moeder heeft meer tijd nodig om op te staan en zich aan te kleden. Enkele minuten voordat ze naar jouw huis zouden komen om samen te eten, belt je vader op om te zeggen dat
“je moeder en ik er vandaag niet de puf voor hebben”. Terwijl we worstelen met het onvermogen van onze ouders om om te gaan met veranderingen in routines en plannen die op het laatste moment worden bijgesteld, blijkt het woord “onbuigzaam” een heel normaal woord in ons vocabulaire te worden.
In het algemeen zien we ons gedwongen om te gaan met de realiteiten waarvan deze veranderingen vergezeld gaan. De artritis van ma is pijnlijk en vertraagt haar lichamelijke leeftempo. Pa's emoties blijven veranderen, onder andere door het verouderingsproces, en soms wordt hij prikkelbaar. Onze ouders gaan door een fase van de menselijke leefcyclus heen die vaak
ontkoppeling wordt genoemd. Dit betekent dat zij meer tijd zullen spenderen aan het koesteren van hun herinneringen en het gezelschap van alleen elkaar, en minder aan familiebijeenkomsten. Zij worden allebei sneller moe dan voorheen. Zij willen dat jij hen vaker bezoekt, maar wanneer je dat doet valt een van hen gegarandeerd in zijn of haar stoel in slaap terwijl je er nog bent. En wanneer je hen bezoekt, verandert het gesprek vaak van onderwerp en wordt er regelmatig gesproken over naasten die al naar de hemel zijn gegaan. Moeder zegt dan dingen als:
“Schat, wanneer jij zo oud bent als ik, dan zul je het niet meer morbide vinden om dagen te hebben waarop je graag zou willen dat God je gewoon naar huis zou roepen.”Hoe kunnen volwassen kinderen van bejaarde ouders met deze veranderingen omgaan? Net zoals dit voor de meeste dingen in het leven geldt, is er een balans te vinden. Ouder wordende vaders en moeders hebben bemoediging nodig om lichamelijk actief, mentaal gestimuleerd en bij sociale activiteiten betrokken te blijven. Aan de andere kant hebben zij het recht verdiend om het soms rustig aan te doen, om zich over te geven aan de vertrouwdheid van bekende routines en om te kiezen voor de bevrediging die zij vinden in gewoon thuisblijven. Hoe kunnen wij die twee, schijnbaar paradoxale, gedachtengangen balanceren? We moeten bereid zijn om onze ouders te accepteren voor wie zij zijn, hun toenemende beperkingen accepteren, hen zachtmoedig uitdagen op manieren die hen aanzetten tot nieuwe groei, en Moeder en Vader aanmoedigen om een cruciale rol in onze levens te blijven spelen.